8. Uitzendbureau krijgt boete van € 578.000 voor overtreden wet minimumloon

Een uitzendbureau gevestigd in de provincie Utrecht heeft een boete gekregen van de Inspectie SZW van € 578.000. De boete wordt opgelegd, omdat het uitzendbureau voor 68 werknemers niet inzichtelijk kon maken of zij voldoende loon en vakantiebijslag hebben ontvangen voor de door hen gewerkte uren.
De 68 werknemers werkten in de periode van 1 juni 2014 tot en met 31 december 2014 enige tijd als productiemedewerker bij 1 inlener. Het onderzoek van de Inspectie SZW is begin 2015 begonnen. Vorige week heeft het uitzendbureau de definitieve beschikking ontvangen waarin staat dat zij een boete heeft gekregen van € 578.000.
Vanwege het ontbreken van de juiste gegevens kan de Inspectie geen nabetaling afdwingen. Tegen de opgelegde boete kan het bedrijf nog in bezwaar en beroep.

7. Alleenstaande-ouderkorting komt slechts aan één ouder toe

De dochter van X stond in 2012 volgens de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens (GBA) niet gedurende ten minste zes maanden op het adres van X ingeschreven.
Gelet hierop is niet voldaan aan de wettelijke vereisten voor het recht op de alleenstaande-ouderkorting zoals bepaald in artikel 8.15, lid 1, Wet IB 2001.
X betoogt dat hij toch in aanmerking komt voor de alleenstaande-ouderkorting. Hij stelt dat de feitelijke woonsituatie doorslaggevend is boven de inschrijving in GBA. Verder doet hij een beroep op het discriminatieverbod.
Hof Den Bosch oordeelt dat de GBA-inschrijving leidend is en niet de feitelijke woonsituatie. Voorts oordeelt het Hof dat uit de wettekst en de toelichting van de wetgever ook blijkt dat de alleenstaande-ouderkorting slechts aan één ouder kan toekomen en dat in casu ten aanzien van X niet aan de wettelijke vereisten van artikel 8.15 Wet IB 2001 is voldaan.
(Hof Den Bosch, nr. 16/00233)

6. Nabetaling bijstand telt mee voor toetsingsinkomen zorgtoeslag

X ontving in 2013 voorschotten zorgtoeslag. X en haar toeslagpartner ontvingen beiden een bijstandsuitkering. De Belastingdienst/Toeslagen heeft de toeslagen over 2013 definitief vastgesteld. Daarbij is het gezamenlijke toetsingsinkomen vastgesteld op € 30.016. Dit bedrag is inclusief een nabetaling van een deel van de bijstandsuitkering over 2012, hetgeen ten koste gaat van haar recht op zorgtoeslag. 
X is van mening dat zij onevenredig in haar belangen wordt getroffen, doordat de Belastingdienst/Toeslagen bij het berekenen van haar draagkracht in 2013 rekening heeft gehouden met een nabetaling van een deel van haar bijstandsuitkering over 2012.
Rechtbank Rotterdam verklaarde het door X ingestelde beroep ongegrond. De Awir biedt namelijk geen mogelijkheid om inkomensbestanddelen buiten beschouwing te laten (hardheidsclausule). 
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (de Afdeling) oordeelt met de Rechtbank dat ook de nabetaling in 2013 van de bijstandsuitkering over 2012 meetelt voor het toetsingsinkomen voor de zorgtoeslag. De Afdeling overweegt daartoe dat de Belastingdienst/Toeslagen moet uitgaan van het verzamelinkomen zoals door de Inspecteur in de aanslag inkomstenbelasting is vastgesteld. Anders dan voor de huurtoeslag biedt de zorgtoeslag geen grondslag om inkomensbestanddelen buiten beschouwing te laten. Het ontbreken van een hardheidsclausule maakt de regelgeving op zichzelf niet onredelijk, zodat de Afdeling geen aanleiding ziet om aan de Wet op de zorgtoeslag in zoverre verbindende kracht te ontzeggen.
(Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, nr. 201605381/1/A2)

5. Drie inkomensbronnen; geen zelfstandigenaftrek t.a.v. winst uit onderneming

X heeft een aanstelling van 32 uur als hoofd ict. In 2012 heeft hij aan de dienstbetrekking 1.419 uur (inclusief reistijd) besteed. Daarnaast heeft hij een onderneming waarin hij optredens als diskjockey (dj) verzorgt en automatiseringsactiviteiten verricht. Zijn urenverantwoording legt hij aan de hand van zijn digitale agenda maandelijks vast in excel. De agendagegevens zijn niet meer beschikbaar. In de laatste maanden van 2012 heeft X bij zijn werkgever buitengewoon zorgverlof genoten in verband met moeilijkheden in de privésfeer. Zijn werk in de onderneming is toen niet afgenomen. 
X stelt dat hij in totaal 1.452 uur aan zijn ondernemingsactiviteiten heeft besteed.
In geschil is of hij recht heeft op de zelfstandigenaftrek.
Volgens Rechtbank Den Haag heeft X niet aannemelijk gemaakt dat hij in 2012 ten minste 1.225 uren aan werkzaamheden voor zijn onderneming heeft besteed en dat het totaal aantal gewerkte uren grotendeels zijn besteed aan zijn onderneming. X voldoet niet aan het urencriterium zodat hij geen recht heeft op de zelfstandigenaftrek.
Wel heeft X recht op de MKB-winstvrijstelling. De Inspecteur heeft deze vrijstelling ten onrechte niet toegepast.
De automatiseringsactiviteiten vormen volgens de Rechtbank een van zijn dj activiteiten losstaande bron van inkomen, namelijk resultaat uit overige werkzaamheden.
(Rechtbank Den Haag, nr. 16/7200)

4. Informatie(formulier) over afkoop / omzetting pensioen in eigen beheer

De Belastingdienst heeft het volgende bekend gemaakt:
 'De Eerste Kamer heeft op 7 maart 2017 het voorstel Wet uitfasering pensioen in eigen beheer en overige fiscale pensioenmaatregelen aangenomen.
Ook de Novelle Wet uitfasering pensioen in eigen beheer en overige fiscale pensioenmaatregelen is aangenomen. In deze novelle is opgenomen dat de maatregelen voor het uitfaseren van pensioen in eigen beheer op 1 april 2017 in werking treden. Als u het in eigen beheer verzekerde pensioen afkoopt, of omzet in een aanspraak vanwege een oudedagsverplichting, dan moet u een informatieformulier invullen en indienen bij de Belastingdienst. Dit formulier is vanaf 30 maart 2017 beschikbaar op onze internetsite. Ook vindt u daar dan meer informatie over dit onderwerp.
De overige fiscale pensioenmaatregelen worden ingevoerd met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2017.'

  • 1
  • 2