8. Vraag van J. van der Velde over hypotheekkosten

Ik heb kosten gemaakt voor het afsluiten van een hypotheek. Welke kosten zijn aftrekbaar en kan ik die kosten in één keer aftrekken?

U mag deze kosten in 1 keer aftrekken. Dat doet u in de aangifte over het jaar waarin u de kosten maakt.

Kosten die u mag aftrekken:
• advies- en bemiddelingskosten voor uw hypotheekadviseur
• bereidstellingsprovisie
• notariskosten voor de hypotheekakte
• kadastrale rechten voor de hypotheekakte
• taxatiekosten voor het krijgen van de lening
• kosten voor de aanvraag van de Nationale Hypotheek Garantie
• bouwrente die u betaalde ná het tekenen van het voorlopig koopcontract, maar vóór het tekenen van de hypotheekakte
• kosten voor uw nieuwbouwdepot of verbouwingsdepot

Let op!
Hebt u deze kosten meegefinancierd in uw hypotheek? Dan mag u de rente hierover jaarlijks aftrekken.

7. Minister maakt percentages forfaitair rendement 2018 en 2019 bekend

De rente staat historisch gezien op een uitzonderlijk laag niveau en is sinds de jaren tachtig aan het dalen, maar dat is nog geen reden om de vermogensrendementsheffing verder aan te passen. Dit heeft de minister van Financiën geantwoord op vragen uit de Tweede Kamer.

Met ingang van 1 januari 2017 zijn wijzigingen doorgevoerd in de systematiek van box 3. Hiermee sluit de heffing beter aan op het werkelijke rendement.
In de nieuwe systematiek is het forfaitaire rendement bepaald aan de hand van de gemiddeld in de voorgaande jaren gerealiseerde rendementen op sparen en beleggen. Deze rendementen worden jaarlijks aangepast aan de hand van de meest actuele gegevens.

Voor spaarrente op de bank- en de spaartegoeden wordt het vijfjaarsvoortschrijdend gemiddelde gebruikt van de spaarrente op deposito’s met een opzegtermijn van minder of gelijk aan drie maanden, zoals gepubliceerd door DNB met de relevante cijfers afgerond op twee cijfers achter de komma. Voor het forfaitaire rendement op sparen dat in 2018 en 2019 zal gaan gelden, zijn de geprognosticeerde spaarrendementen voor 2016 en 2017 van belang.
De realisatie voor 2016 die relevant is voor het rendement van 2018 is al bekend. De spaarrente voor dat jaar is uitgekomen op 0,56%. Het forfaitaire rendement (het vijfjaarsvoortschrijdend gemiddelde) voor 2018 komt dan voor sparen uit op 1,30%. Voor 2019 zal het rendement van 2017 van belang zijn. Voor een prognose kan gebruik worden gemaakt van ramingen van het CPB voor de kapitaalmarktrente. De raming van het forfaitaire rendement voor 2019 komt dan voor sparen uit op 0,89%.

Het systeem dat in werking is getreden per 1 januari 2017 volgt de feitelijke ontwikkeling en sluit daarom beter aan bij het werkelijke rendement op sparen. Of en in hoeverre verdere stappen richting een heffing over het werkelijke individueel behaalde rendement gewenst zijn, laat de minister over aan een nieuw kabinet.

6. Duidelijkheid over negatieve aftrekbare kosten eigen woning

Op 18 april 2017 heeft de minister van Financiën de Tweede Kamer de antwoorden gestuurd op vragen over het bericht ‘boeterente aan banden’ (22 maart 2017, 2017Z03924). De minister heeft geconstateerd dat in het antwoord op vraag 8 een fout is geslopen die in de praktijk tot onduidelijkheden leidt. 
In een brief aan de Kamer schrijft de minister hierover het volgende:
 
‘In het gegeven antwoord is opgenomen dat indien in 2017 zekerheid wordt verkregen over de te veel betaalde vergoeding bij vervroegde aflossing in 2016, dit te veel betaalde bedrag in de aangifte inkomstenbelasting over 2016 moet worden opgenomen als negatieve aftrekbare kosten eigen woning. Dit is echter onjuist.
Dit bedrag moet in het jaar van terugbetaling – en dit zal veelal 2017 zijn – in de aangifte over dat jaar worden opgenomen als negatieve aftrekbare kosten eigen woning. Dit betreft dan dus de aangifte inkomstenbelasting over 2017.
Belastingplichtigen die de aangifte inkomstenbelasting over 2016 reeds hebben ingediend en hierbij het totaal aan betaalde vergoeding (dus inclusief het te veel betaalde bedrag aan vergoeding) in aftrek hebben gebracht en in 2017 of later zekerheid krijgen over het terug te ontvangen deel, hoeven die aangifte op dit punt dus niet te wijzigen.

Overigens geldt voor de te veel betaalde vergoeding in 2017, omdat in datzelfde jaar zekerheid wordt verkregen over de terugbetaling, dat de te veel betaalde vergoeding in dat jaar niet aftrekbaar is en alleen het terecht in rekening gebrachte bedrag aan vergoeding (betaalde vergoeding verminderd met de latere terugbetaling) in de aangifte inkomstenbelasting over 2017 aftrekbaar is.’

5. ik ben makelaar. Aan de hand van welke documenten kan ik de identiteit van mijn cliënt vaststellen?

Identificatie moet plaatsvinden aan de hand van 1 van de volgende documenten:
• bij natuurlijke personen: een geldig paspoort, een geldige identiteitskaart of een geldig rijbewijs
• bij in Nederland gevestigde rechtspersonen: een (online) uittreksel uit het Handelsregister of een officiële akte of verklaring
• bij een niet in Nederland gevestigde rechtspersoon: betrouwbare documenten die zijn erkend in het land van herkomst

Let op!

Bij personenvennootschappen, zoals een vof en een maatschap moet u alle vennoten en maten identificeren.

4. De Wwft in het kort

Wwft staat voor de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme. De Wwft is op 1 augustus 2008 ontstaan door samenvoeging van de Wet melding ongebruikelijke transacties (Wet Mot) en de Wet identificatie bij dienstverlening (Wid).
De Wwft heeft als doel het witwassen van opbrengsten uit misdrijven en het financieren van terrorisme tegen te gaan en daarmee de integriteit van het financiële en economische stelsel te waarborgen.

De Wwft geldt voor instellingen, waaronder:
• beroeps- of bedrijfsmatige verkopers van goederen
• makelaars en bemiddelaars in onroerende zaken
• taxateurs van onroerende zaken
• domicilieverleners
Dit zijn instellingen die een adres of postadres ter beschikking stellen aan een derde.
• financiële instellingen, zoals banken, geldwisselkantoren, casino’s, trustkantoren, beleggingsinstellingen en bepaalde verzekeraars
• vrije beroepsbeoefenaren, zoals notarissen, advocaten, accountants, belastingadviseurs en administratiekantoren

Als u met de Wwft te maken hebt, moet u weten met wie u zaken doet. U moet de identiteit van uw cliënt vaststellen en controleren of die gegevens juist zijn; het cliëntenonderzoek. Ook moet u ongebruikelijke transacties melden; de meldingsplicht. Een transactie is ongebruikelijk als u het vermoeden hebt dat sprake kan zijn van witwassen of terrorismefinanciering.

Als het Bureau Toezicht Wwft vaststelt dat u de wettelijke bepalingen niet juist naleeft, dan hebben de medewerkers de mogelijkheid om sanctionerend op te treden met een aanwijzing, een last onder dwangsom of een bestuurlijke boete of een combinatie hiervan.
In ernstige gevallen zal het Bureau Toezicht Wwft aangifte doen bij de Officier van Justitie, die vervolgens een strafrechtelijk onderzoek kan instellen.

  • 1
  • 2