3. Aangifte via eHerkenning: van uitstel naar afstel

Opinie door Felix Peppelenbosch

Tijdens het Kamerdebat met minister Raymond Knops (BZK) over het wetsvoorstel ‘Digitale overheid’ (34972) is veel gesproken over het feit dat ruim 60.000 ondernemers (rechtspersonen die zelf aangifte doen) moeten gaan betalen om belasting te mogen betalen. Het gaat hierbij om het feit dat zij met ingang van 2020 alleen nog via eHerkenning aangifte loonheffingen en vennootschapsbelasting kunnen doen. eHerkenning wordt aangeboden door commerciële aanbieders en dat kost dus geld. Te bizar voor woorden. Gelukkig vindt een Kamermeerderheid dit ook. Wat nog vreemder is, is het feit dat er helemaal geen wettelijke basis is om ondernemers hiertoe te verplichten. Het verplicht via eHerkenning aangifte moeten doen is daarom voorlopig even uitgesteld. Maar volgens Felix Peppelenbosch lijkt een definitief afstel op komst.

eHerkenning dupeert 60.000 ondernemers

In het algemeen geldt als uitgangspunt dat burgers en bedrijven niet iedere keer dat ze bij de overheid inloggen, zouden moeten betalen. Het kan wel zo zijn dat burgers en bedrijven aanschafkosten en/of abonnementskosten moeten betalen voor bepaalde overheidsdiensten. Zo moeten burgers leges betalen voor de aanschaf van bijvoorbeeld een paspoort, een rijbewijs of een identiteitskaart. Maar als het aan de overheid ligt moeten ongeveer 60.000 bedrijven vanaf 1 januari 2020 gaan betalen om belasting te mogen betalen. Deze groep kan dan alleen nog via eHerkenning aangifte loonheffingen en vennootschapsbelasting doen. Het bizarre is dat dit weer niet nodig is voor de aangifte omzetbelasting. Dat kan nog steeds via het gratis portaal van de Belastingdienst.

Tweede Kamer voelt niets voor eHerkenning, maar kabinet probeert boot af te houden

Na het recente toeslagendebacle en met de aankomende Tweede Kamerverkiezingen in zicht (17 maart 2021) is het niet verbazingwekkend dat met name ondernemerspartij VVD een groep van 60.000 ondernemers niet in de kou wil laten staan. Tijdens het Kamerdebat op 30 januari 2020 over het wetsvoorstel ‘Digitale overheid’1 vroeg Tweede Kamerlid Jan Middendorp (VVD) aan minister Knops (BZK) wat de overheid gaat doen aan het feit dat ondernemers boetes moeten betalen als zij geen aangifte kunnen doen omdat zij geen eHerkenning hebben alsmede of belasting betalen gratis blijft.

Het antwoordt van Knops was niet bevredigend. Hij gaf op de vraag van Middendorp het volgende antwoord:

 

‘Aan de andere kant kost een veilig publiek middel geld. Het maken ervan maar ook het verstrekken kost geld. Dat geldt dus ook voor een publiek middel als een paspoort of voor het aanvragen van een bouwvergunning. Als bedrijven niet zouden betalen voor inlogmiddelen, dan zouden de kosten voor de belastingbetaler zijn. In den brede moet er linksom of rechtsom betaald worden. Gratis bestaat niet; dat weet de heer Middendorp ook. Even los van de groep die genoemd is in de brief van 29 januari 2019, zijn er op dit moment ook kosten verbonden aan het doen van aangifte. Weliswaar gaat het niet rechtstreeks naar de Belastingdienst, maar voor het opstellen van jaarrekeningen en accountantsverklaringen worden ook kosten gemaakt.’

Kamer neemt geen genoegen met argumenten kabinet

Met deze flauwekul nam de Kamer terecht geen genoegen. Voor Jan Middendorp is het in ieder geval heel duidelijk dat ondernemers en mensen belasting betalen en daardoor bijdragen aan onze publieke dienstverlening, aan treinen, aan onderwijs enz. Zijn partij vindt dat je de aangifte dan gratis moet kunnen doen. En er zijn meer partijen die dit vinden. Het is niet verbazingwekkend dat Knops de Kamer niet kon overtuigen tijdens het debat. Na de eerste termijn van de kant van de Kamer was het de bedoeling dat het debat een uurtje later zou worden voortgezet (antwoord regering en tweede termijn van de kant van de Kamer). Dat gebeurde echter niet. De voortzetting van het debat werd met ruim een week uitgesteld. Bij het kabinet waren op dat moment kennelijk alle alarmbellen afgegaan.

Ingediende moties voor afschaffing aangifte doen via eHerkenning

Toen het debat op 5 februari 2020 werd voortgezet werden er verschillende moties ingediend waarvan er twee in het oog springen.

Een motie van het Tweede Kamerlid Harry van der Molen (CDA). Hierin wordt de regering verzocht om binnen vier weken aan te geven of het oude aangiftesysteem met de oude methode van inloggen gehandhaafd zou kunnen worden en wordt de regering tevens verzocht belastingplichtigen, die vanwege de overgang naar een nieuwe identificatiemethode niet tijdig aan hun verplichtingen kunnen voldoen, geen boete op te leggen. Knops heeft het oordeel over deze motie aan de Kamer gelaten. Hij heeft daarbij aangegeven dat het waarschijnlijk een illusie is om binnen vier weken definitieve oplossingen te hebben, maar dat hij ervan uitgaat dat dit probleem ook door staatssecretaris Vijlbrief en de Belastingdienst serieus wordt opgepakt. Samen gaan zij verder bekijken hoe dit probleem op een goede wijze kan worden opgelost. Overigens is inmiddels aan iedereen die volgens de oude methode aangifte loonheffingen deed, tot 1 juli aanstaande uitstel verleend voor het indienen van de aangifte, maar dat is uiteraard nog geen definitieve oplossing.
Een motie van het Tweede Kamerlid Jan Middendorp (c.s.). In deze motie wordt de regering verzocht te onderzoeken hoe moet worden omgegaan met door ondernemers reeds gemaakte kosten in de periode dat er geen gratis digitaal alternatief was en de Kamer hierover voor 1 april aanstaande te informeren. Dat informeren kon Knops sowieso toezeggen, maar omdat er een onderzoek komt voor een adequate oplossing voor deze specifieke groep ondernemers, heeft hij aan Middendorp gevraagd om deze motie aan te houden tot dat moment. Hij verwacht daar in maart meer duidelijkheid over te hebben. Middendorp gaf echter aan daar geen zin in te hebben.
Over het wetsvoorstel en de ingediende amendementen en moties zou op dinsdag 11 februari 2019 worden gestemd, maar de stemmingen werden tot nader order uitgesteld. Het lijkt er dus sterk op dat naast het in de Kamerbrief van 31 januari 2019 toegezegde uitstel tot 1 juli 2019 alsnog afstel komt voor het moeten inloggen met eHerkenning om belasting te mogen betalen. Dat is een goede zaak. Volgens mij is er geen land ter wereld die aan zijn onderdanen geld vraagt om belasting te mogen betalen.

Over de vraag of ondernemers die al eHerkenning hebben aangeschaft hiervoor financieel gecompenseerd gaan worden bestaat nog geen duidelijkheid. Wel is duidelijk dat de commerciële aanbieders van eHerkenning met een forse financiële strop komen te zitten als het verplicht aanschaffen van eHerkenning van tafel wordt geveegd. Zij mogen hierover het gevecht aangaan met de overheid.

Volledig ontspoord systeem

Om even terug te komen op de aanschaf van eHerkenning, de 60.000 ondernemers moeten op zoek naar een commerciële aanbieder van eHerkenning. In een brief die zij hierover eind 2019 van de Belastingdienst hebben ontvangen wordt voor verdere informatie verwezen naar de site van de Belastingdienst. Met een beetje zoeken kom je vervolgens op een pagina uit waar gekozen kan worden uit een aantal commerciële aanbieders. Dan moeten de ondernemers ook nog even doorhebben dat zij een inlogpakket nodig hebben met ‘EH-3 herkenning’ en vervolgens moet een formulier worden ingevuld dat veel aan duidelijkheid te wensen over laat. Daarna moeten de ondernemers een machtiging afgeven voor een automatische incasso. Maar daarmee is de ellende nog niet achter de rug.

De commerciële aanbieder stuurt de ondernemers een mail waarin staat dat zij een afspraak moeten maken met een vertegenwoordiger van het bedrijf teneinde hun identiteit te kunnen controleren. Wie dat liever buiten kantooruren of in het weekend wenst te laten doen, moet hiervoor € 7,50 extra betalen. Nadat de afspraak via internet is doorgegeven wordt via de mail een ontvangstbevestiging gezonden.

Daarin staat dat één dag voor het bezoek een indicatie van de tijd zal worden aangegeven. Daarvoor moeten de ondernemers twee uur op de door hen aangegeven locatie aanwezig zijn. De controleur beschikt over een systeem waarmee het identificatiemiddel elektronisch wordt ingelezen. Als alles oké is moeten de ondernemers met een electronisch potlood een handtekening zetten die moet overeenkomen met de ‘echte handtekening’ op het paspoort of het rijbewijs. Anders moet er nog een keer iemand langskomen en dat kost dan weer iets van € 20.

En de ondernemer die vergeet om na de identificatie eHerkenning binnen vier weken te activeren, kan een ‘boete’ van € 17,50 tegemoet zien voor het toezenden van een nieuwe activatiecode. Daar komt dan nog bij dat de commerciële aanbieders het op dit moment zelf helemaal niet aankunnen om tijdig aan hun verplichtingen te kunnen voldoen. In mijn vorige opinie2 over dit onderwerp gaf ik al aan dat dit je reinste Kafka is.

Conclusie

Verplicht aangifte doen via eHerkenning heeft op dit moment geen enkele wettelijke basis, maar is gebaseerd op een tussen de Belastingdienst en het UWV gesloten convenant waarin staat dat eHerkenning voor een groep van 60.000 ondernemers verplicht gaat worden. De Belastingdienst is vervolgens eind 2019 op eigen houtje aan de slag gegaan met het rondsturen van brieven dat eHerkenning vanaf 2020 verplicht wordt gesteld om aangifte te kunnen doen. Niet alleen de CAF-zaken maar ook dit dossier laten zien dat de politiek op dit moment geen enkele grip heeft op de Belastingdienst. Daar komt nog bij dat de twijfel groeit over de plannen om de Belastingdienst op te knippen. Na de Tweede Kamer en oud-directeur-generaal Joop van Lunteren, plaatsen ook de verzamelde bonden grote vraagtekens bij het plan van minister van Financiën Wopke Hoekstra over het opknippen van de Belastingdienst. In een brief aan de minister en de Tweede Kamer schrijven de bonden dat het personeel buitenspel wordt gezet in de ‘reorganisatie’. Hoekstra zette die in gang toen hij tijdelijk de directe verantwoordelijkheid had voor de dienst. In het FD van 6 februari jl. werd hieraan aandacht besteed onder de noemer: ‘Onvrede groeit over reorganisatie Belastingdienst’. Hoe dit zal gaan uitpakken is op dit moment volstrekt onvoorspelbaar, maar het krachtenveld is sterk verdeeld.

De ellende met de CAF-zaken en de eHerkenning wordt nu wel zo goed mogelijk opgelost, maar er komt ongetwijfeld nog veel meer ellende bovendrijven. Ik ben wel heel blij met het feit dat de Tweede Kamer zijn controlerende taak naar beste kunnen uitvoert. De CAF-zaken en de eHerkenning laten een door het kabinet beproefd recept zien: eerst een beetje ontkennen dat er niks aan de hand is en hopen dat de zaak met een sisser zal aflopen. Als de Kamer dan doorvraagt, wordt er nog steeds gedaan of er niks aan de hand is. Vervolgens moet de Kamer als een pitbull aan de broekspijpen van het kabinet gaan hangen en moeten de pers en de media eraan te pas komen om de publieke opinie te mobiliseren. Het is wel buitengewoon jammer dat het elke keer zo moet, maar de aanhouder wint. Zo’n betrouwbare overheid hebben we dus niet.