8. Geen resultaat uit overige werkzaamheden maar inkomen uit fictieve dienstbetrekking voor subagent

X is als assurantie- en hypotheekadviseur in dienst van een bv die actief is op het gebied van financiële dienstverlening.
Daarnaast verricht X werkzaamheden als subagent voor de bv.
X heeft ten aanzien van zijn werkzaamheden als subagent in zijn aangiften IB/PVV 2011 en 2012 een negatief resultaat uit overige werkzaamheden opgevoerd.
In geschil is of het inkomen dat X als subagent heeft genoten dient te worden aangemerkt als loon uit dienstbetrekking of als resultaat uit overige werkzaamheden.
Rechtbank Gelderland oordeelt dat in elk geval sprake is van een fictieve dienstbetrekking in de zin van artikel 3, eerste lid, onderdeel c, van de Wet LB 1964 en er dus geen ruimte is om de in verband met deze dienstbetrekking gemaakte kosten in aftrek te brengen.
De Inspecteur heeft het aangegeven negatieve resultaat uit overige werkzaamheden terecht gecorrigeerd.
Rechtbank Gelderland, ECLI:NL:RBGEL:2016:4671

7. Maximum tarief naheffingsaanslag belastingen parkeren 2017

Het maximumbedrag dat per 1 januari 2017 voor een naheffingsaanslag parkeerbelastingen in rekening kan worden gebracht is € 61.
Voor 2016 bedraagt het maximumbedrag € 60. Dit bedrag groeit jaarlijks mee met het prijsindexcijfer van de gezinsconsumptie.

6. Vaststelling WOZ-waarde van het Goffertstadion (NEC)

De Heffingsambtenaar van de gemeente Nijmegen heeft de WOZ-waarde van het Goffertstadion voor het jaar 2014 vastgesteld op € 13.324.000. Tevens is de aanslag onroerendezaakbelasting bekend gemaakt. Het stadion is in 2003 voor € 12.000.000 verkocht aan de gemeente Nijmegen (hierna: de gemeente).
Het stadion wordt door X bv gehuurd van de gemeente en zij vindt deze waarde veel te hoog. X bv stelt daartoe primair dat bij de waardering van het voetbalstadion dient te worden uitgegaan van de bedrijfswaarde. Rechtbank Gelderland geeft X bv echter geen gelijk.
De Rechtbank oordeelt dat voor de vraag of een onroerende zaak op de bedrijfswaarde kan worden gewaardeerd niet de positie van de feitelijke gebruiker doorslaggevend is, maar de positie van de eigenaar (HR 31 januari 2003, ECLI:NL:HR:2003:AF3651).
De Rechtbank acht aannemelijk dat door de gemeente ook niet-commerciële, zoals sportieve (behoud van betaald voetbal in de regio Nijmegen) en maatschappelijke doelen worden beoogd. Gelet hierop is een waardering op de bedrijfswaarde niet aan de orde.
X bv heeft subsidiair aangevoerd dat de WOZ-waarde moet worden vastgesteld op basis van de benuttingswaarde.
Naar het oordeel van de Rechtbank heeft X bv echter niet aannemelijk gemaakt dat de beschikte waarde van € 13.324.000 hoger is dan de benuttingswaarde.
De Rechtbank oordeelt verder dat de Heffingsambtenaar geen onjuiste uitgangspunten heeft gehanteerd en voldoende rekening heeft gehouden met het feit dat het voetbalstadion zowel technisch als functioneel sterk is verouderd.
Voorts oordeelt de Rechtbank dat de Heffingsambtenaar niet in strijd met het zorgvuldigheidsbeginsel en het motiveringsbeginsel heeft gehandeld.
Het beroep van X bv wordt ongegrond verklaard.
Rechtbank Gelderland, ECLI:NL:RBGEL:2016:4716

5. Sterke omzetgroei belastingadviseurs en accountants

Administratieve dienstverleners, zoals accountants en belastingadviseurs, lieten een forse omzetstijging zien in het tweede kwartaal van 2016. Sinds het tweede kwartaal van vorig jaar herstelt de omzet van de administratieve dienstverleners. Dit kwartaal was de omzetgroei met 8,9% zelfs het sterkst van de afgelopen vier jaar. Dit meldt CBS.
Het vertrouwen onder de zakelijke dienstverleners daalde licht maar bleef positief en kwam uit op 8 in het derde kwartaal. Daarmee is het vertrouwen van zakelijke dienstverleners al sinds eind 2013 onafgebroken positief.

4. Celstraf en beroepsverbod voor frauderende belastingadviseur

Rechtbank Zutphen heeft de 53-jarige belastingadviseur X veroordeeld tot een gevangenisstraf van 15 maanden. Daarnaast mag X de komende 5 jaar niet meer als belastingadviseur werken.
X krijgt deze straf opgelegd omdat hij zich schuldig heeft gemaakt aan het doen van onjuiste aangiften loonbelasting en omzetbelasting, valsheid in geschrifte en aan het voeren van een onjuiste bedrijfsadministratie. De Rechtbank gaat uit van een schade van ongeveer 190.000 euro.
X heeft een voorbeeldfunctie en dient eerlijk en zorgvuldig te handelen. Daarom rekent de Rechtbank het X zwaar aan dat hij als belastingadviseur fiscale delicten heeft gepleegd. Zijn gedrag is onverenigbaar met zijn beroep als belastingadviseur en de eisen die aan zijn beroepsgroep worden gesteld. Bovendien is X 2 keer eerder veroordeeld voor soortgelijke strafbare feiten. Daarom heeft de Rechtbank ook besloten dat X 5 jaar lang niet als belastingadviseur mag werken.
Rechtbank Zutphen, ECLI:NL:RBGEL:2016:4771

  • 1
  • 2