5. Wijzigingen in de heffingskortingen

 De algemene heffingskorting wordt vanaf 2019 verhoogd met uiteindelijk een bedrag van € 358 in 2021.
 De arbeidskorting wordt verhoogd zodat het maximum circa € 365 hoger ligt en vervolgens sneller wordt afgebouwd. Het afbouwpercentage wordt 6% (voor AOW-gerechtigden ruim 3%).
 De ouderenkorting wordt verhoogd met € 178 en tegelijkertijd wordt een geleidelijke inkomensafhankelijke afbouw geïntroduceerd in plaats van de huidige harde afbouwgrens. Het afbouwpercentage wordt 15%.
 De opbouw van de inkomensafhankelijke combinatiekorting (voor alleenstaanden en minstverdienende partners die de zorg hebben voor kinderen tot twaalf jaar) begint vanaf 2019 bij een hoger inkomen en de vaste voet verdwijnt. De opbouw gaat sneller, waardoor het maximum al bij een lager inkomen wordt bereikt.
 Het recht op arbeidskorting en de inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK) wordt per 2020 afgeschaft voor nieuwe uitkeringsgerechtigden voor de Ziektewet zonder werkgever.