8. Vaste reiskostenvergoedingen tijdens coronatijden

Mijn werknemers krijgen een vaste reiskostenvergoeding, maar zij werken nu (bijna) volledig thuis. Mag de reiskostenvergoeding toch hetzelfde blijven?
Ja. U mag blijven uitgaan van het reispatroon waarop de vergoeding gebaseerd was, als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
De maatregelen vanwege de coronacrisis gelden nog.
U hebt de vaste reiskostenvergoeding vóór 13 maart 2020 toegekend aan uw werknemers.

7. OV-abonnementen in coronatijden

Ik heb voor 1 of meer van mijn werknemers een OV-abonnement betaald of vergoed. Mag ik dan de dagen waarop deze werknemers thuis werkten door de coronacrisis, toch meetellen als reisdagen?
Ja, dat mag als u het OV-abonnement vóór 13 maart 2020 hebt betaald of vergoed.
Of een OV-abonnement dat u voor uw werknemers betaalt of vergoedt, onbelast is, hangt af van de kosten van de zakelijke reizen die zij maken met het abonnement. In onderdeel 21.2.1 van het Handboek Loonheffingen 2020 leest u hoe u dit kunt beoordelen. Bij deze beoordeling mag u uitgaan van het zakelijke reispatroon dat uw werknemers normaal gesproken zouden hebben gehad.

6. Voorzieningen voor thuiswerken

Ik betaal voor mijn werknemers hulpmiddelen waarmee zij tijdens de coronacrisis thuis kunnen werken. Of ik geef hun een vergoeding voor hulpmiddelen die zij zelf kopen. Moet ik dit meetellen bij het belastbaar loon van mijn werknemers?
Gereedschappen, computers, mobiele communicatiemiddelen en dergelijke apparatuur die u aan uw werknemers geeft, of vergoedingen daarvoor, hoeft u níet mee te tellen bij het belastbaar loon als deze hulpmiddelen voldoen aan het noodzakelijkheidscriterium. Of als zij voor ten minste 90% zakelijk worden gebruikt.

Hulpmiddelen die voldoen aan het noodzakelijkheidscriterium
Dit zijn hulpmiddelen waarvoor het volgende geldt:
Naar uw redelijke oordeel kan een werknemer zijn werk niet goed doen zonder dit hulpmiddel.
U betaalt dit hulpmiddel, of een vergoeding voor dit hulpmiddel, en u berekent de kosten niet door aan uw werknemer.
Uw werknemer moet dit hulpmiddel, of (een deel van) de vergoeding, aan u teruggeven wanneer hij het hulpmiddel niet meer nodig heeft voor zijn werk. Of hij moet dan de restwaarde van dit hulpmiddel aan u betalen.
Hulpmiddelen die voor ten minste 90% zakelijk worden gebruikt
Voldoen hulpmiddelen niet aan het noodzakelijkheidscriterium? Dan hoeft u ze misschien toch niet mee te tellen bij het belastbaar loon. Dat is zo als uw werknemer deze hulpmiddelen ook buiten zijn werkplek kan gebruiken, maar ze voor ten minste 90% zakelijk gebruikt.

Let op!
Een bureaustoel valt niet onder het noodzakelijkheidscriterium. Een bureaustoel is namelijk geen gereedschap. Gereedschap wordt gebruikt om iets te maken, te meten of te controleren.
Een bureaustoel valt ook niet onder de hulpmiddelen die voor ten minste 90% zakelijk worden gebruikt. Want uw werknemer gebruikt die bureaustoel niet (ook) op een werkplek. De werkruimte thuis geldt níet als een werkplek.
Een bureaustoel kan wel vallen onder voorzieningen die ervoor zorgen dat de werkruimte thuis voldoet aan de eisen van de Arbowet. Zie ook de vraag over Arbovrijstelling.

5. Fiscale gevolgen arbovoorzieningen in coronatijd (2)

Mijn werknemer laat zich testen op corona bij een commerciële organisatie. Kan ik dan de vrijstelling voor arbovoorzieningen toepassen?
Ja, dat kan. Dit is een voorbeeld van een arbovoorziening. U leest meer over arbovoorzieningen in onderdeel 20.1.9 van het Handboek Loonheffingen 2020.

4. Fiscale gevolgen arbovoorieningen in coronatijden (1)

Ik betaal of vergoed voorzieningen die ervoor zorgen dat de thuiswerkplek van 1 of meer van mijn werknemers voldoet aan de eisen van de Arbowet. Moet ik dit meetellen bij het belastbaar loon van die werknemers?

Zulke voorzieningen tellen niet mee voor het belastbaar loon van uw werknemers als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
De voorzieningen hangen samen met de verplichtingen die u hebt op grond van de Arbowet.
Uw werknemer betaalt geen eigen bijdrage voor die voorzieningen.
De inrichting van de werkruimte thuis voldoet, onder andere door deze voorzieningen, aan de volgende eisen van het Arbeidsomstandighedenbesluit:
De werkruimte van een thuiswerker is zodanig ingericht, dat de werknemer zo veel mogelijk zittend en op een ergonomisch verantwoorde manier zijn werk kan doen.
Om aan de 1e eis te voldoen heeft de werknemer een doelmatige zitgelegenheid en een doelmatig werkblad of een doelmatige werktafel.
In de werkruimte zijn de nodige voorzieningen aanwezig voor een doelmatige kunstverlichting.

  • 1
  • 2